De werkgelegenheid in de Verenigde Staten is in april een stuk sterker toegenomen dan in de voorgaande maand. Er kwamen per saldo 223.000 banen bij (exclusief de landbouwsector), tegen een herziene 85.000 in maart. Dat maakte het Amerikaanse ministerie van Arbeid vrijdag bekend.
De toename is wel wat minder sterk dan economen hadden voorzien. Zij rekenden gemiddeld op een aanwas van 228.000 arbeidsplaatsen. De toename in maart is bovendien een stuk kleiner dan de eerder gemelde 126.000 banen. De werkloosheid daalde zoals voorzien van 5,5 naar 5,4 procent, het laagste niveau sinds mei 2008.
Gezondheidszorg en bouwsector
De motoren van de banengroei waren de gezondheidszorg, met 55.600 extra banen, en de bouwsector, waar 45.000 extra mensen aan het werk konden. De mijnenindustrie verloor daarentegen zo’n 15.000 banen.
In totaal kwamen er wel iets minder banen bij dan voorzien. Economen en analisten dachten dat er zo’n 228.000 banen bij zouden komen, 5.000 meer dan nu uit de cijfers blijkt.
Teleurstellend is dat de loonontwikkeling afgelopen maand is vertraagd. Het gemiddelde uurloon nam nog maar met 0,1 procent op maandbasis toe, na een neerwaarts herziene stijging van 0,2 procent in maart.
Het jongste banenrapport is volgens ING-econoom Rob Carnell niet sterk genoeg om een spoedige renteverhoging door de Federal Reserve, de Amerikaanse koepel van centrale banken, te rechtvaardigen. Zelfs bij een zeer goed banenrapport over mei lijkt zo'n stap van de Fed in juni definitief uit beeld, meent hij.
ANP/Z24
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl