- Air France gaat nieuwe aandelen uitgeven om het eigen vermogen te versterken.
- De Franse overheid breidt zo haar belang in de luchtvaartcombinatie Air France-KLM uit tot mogelijk 30 procent.
- Minister van Financiën Wopke Hoekstra is voorlopig niet van plan aandelen bij te kopen, waardoor het Nederlandse belang verwatert.
Air France gaat zijn hand ophouden voor extra kapitaal bij bestaande aandeelhouders, waaronder de Franse overheid. Zo wil de Franse luchtvaartmaatschappij de coronacrisis overleven.
In tegenstelling tot het zusterbedrijf ziet KLM op korte termijn geen “acute noodzaak” om het eigen vermogen te versterken. De Nederlandse overheid heeft daarom besloten nog niet opnieuw de portemonnee te trekken, meldt demissionair minister Wopke Hoekstra van Financiën aan de Tweede Kamer.
In februari 2019 verraste Hoekstra nog vriend en vijand door voor een kleine 750 miljoen euro aandelen Air France-KLM te kopen. Hij wilde daarmee de Nederlandse invloed in de luchtvaartholding versterken.
Hoekstra handelde in het geheim en negeerde zijn eigen ambtenaren. Dat kwam hem op een standje van de Algemene Rekenkamer te staan. De minister van Financiën gaf te veel belastinggeld op onrechtmatige wijze uit.
Nederlands belang in Air France-KLM verwatert
Door het nieuwe reddingsplan dreigt het Nederlandse belang van 14 procent in Air France-KLM te verwateren. Als het bedrijf het maximale aantal nieuwe aandelen uitgeeft, resteert straks een belang van 9,3 procent voor de Nederlandse overheid.
Maar bijkopen is voor Hoekstra geen optie. "De prijs die je betaalt is behoorlijk", zegt de minister van Financiën. Hij vindt het dan ook "verstandig en logisch" dat KLM de tijd neemt voor een zorgvuldige afweging.
Het kabinet heeft de afgelopen tijd druk onderhandeld met de Europese Commissie over de voorwaarden waaronder KLM extra staatssteun zou mogen ontvangen. Het bedrijf zou daar waarschijnlijk kostbare start- en landingstijden (slots) op Schiphol voor moeten inleveren. Dat offer wil KLM alleen brengen als het echt niet anders kan.
Air France brengt dat offer wel. In ruil voor de steun om het eigen vermogen van de Franse luchtvaartmaatschappij te versterken, moet Air France onder andere een aantal start- en landingsrechten opgeven op de overbelaste luchthaven van Parijs Orly. Daar heeft Air France een aanzienlijke marktmacht.
Hoekstra is niet bang om grip te verliezen
Frankrijk breidt zijn belang in Air France-KLM van eveneens 14 procent juist uit. Dit kan mogelijk 30 procent worden. Dit belang moet van Brussel op termijn worden teruggebracht tot minder dan 25 procent. Daarvoor moet snel een plan worden gemaakt.
Hoekstra is niet bang dat hij daardoor de greep op Air France-KLM verliest. "De Nederlandse staat blijft een grote aandeelhouder."
Hij wijst er bovendien op dat het kabinet vorig jaar bij de onderhandelingen over een eerste pakket noodkredieten al extra garanties heeft bedongen over de positie van Schiphol als internationaal luchtvaartknooppunt.
De Fransen hebben daarnaast aangegeven geen plannen te hebben om hun belang te vergroten tot 30 procent of meer. Boven die grens zouden zij verplicht zijn een openbaar bod te doen op alle aandelen.
Ook hebben zij aan de Europese Commissie toegezegd dat zij de kapitaalsteun binnen zes jaar weer afbouwen.
Hoekstra sluit extra steun voor KLM niet uit
Hoekstra benadrukt dat de vooruitzichten voor KLM als gevolg van de coronapandemie nog altijd onzeker zijn. Ook is onduidelijk hoe snel er herstel kan optreden als de beperkende maatregelen minder streng worden. Het kabinet probeert daar de komende periode "een beter beeld van te krijgen".
De minister sluit niet uit dat op enig moment alsnog extra steun nodig is.
Het operationele verlies in het eerste kwartaal komt naar verwachting uit op 1,3 miljard euro, maakte Air France-KLM dinsdag bekend. Vooral de derde coronagolf en de beperkingen die bepaalde landen opleggen aan het luchtverkeer zitten de onderneming dwars.
In de komende maanden en in het bijzonder aan het begin van de zomer verwacht Air France-KLM een aanzienlijk herstel van de vraag naar vliegreizen. Daarbij gaat de onderneming ervan uit dat de positieve effecten van de versnelde vaccinatiecampagnes in verschillende landen kunnen leiden tot minder strenge beperkingen op het passagiersvervoer in die landen.