- Het Nederlandse bedrijf African Clean Energie probeert een van ’s werelds grootste problemen rond CO2-uitstoot en gezondheid met één apparaat aan te pakken.
- Ruim een derde van de wereld kookt en verwarmt op open vuur. De vervuilende stoffen die daarbij vrijkomen zijn slecht voor mens en milieu.
- Het bedrijf ontwikkelde de ACE One, een apparaat waarmee de verbranding schoner en efficiënter kan, en die ook betaalbaar is voor de mensen die hem nodig hebben.
- Lees ook: 2,4 miljard mensen koken op hout en houtskoolvuurtjes: toegang tot schoon koken is gezonder, beschermt bossen en gaat klimaatverandering tegen
Het is een van de grootste milieu- en gezondheidsproblemen van dit moment, maar de kans is heel groot dat je er nog nooit van gehoord heb. Het gaat namelijk verscholen onder de naam ‘Clean Cooking’. Dit staat voor ongeveer een derde van de wereld die dagelijks kookt en verwarmt op open vuur. Die slechte verbranding zorgt voor een groot gedeelte van de dagelijkse CO2-uitstoot, ook sterven er jaarlijks zo’n vier miljoen mensen aan het veelvuldig inademen van de rook.
“Hoe het komt dat nog maar weinig mensen hiervan weten? Omdat het geen sexy, makkelijk op te lossen probleem is”, zegt Judith Joan Walker, COO van African Clean Energy (ACE), tegen Business Insider.
ACE zet zich, hoe onsexy ook, toch in om het zogenaamde ‘Clean Cooking’-probleem aan te pakken. Het doet dit met de ACE One, een apparaat dat door middel van een zonnepaneel, een powerbank en een ventilator ervoor zorgt dat de verbranding van de gebruikte brandstoffen, zoals hout, efficiënter en schoner gebeurt.
ACE werd 11 jaar geleden in het leven geroepen toen de vader van Walker keer op keer dikke pluimen vieze rook uit woningen zag komen. Hij woonde op dat moment in Afrika en bedacht dat hij wat aan dit probleem moest doen. Opvallend genoeg had de vader van Walker gelijk ruwweg het idee van de ACE One in zijn hoofd.
“Het was eigenlijk vanaf de eerste dag dat mijn vader en broer met ACE begonnen al het idee om de verbranding te verbeteren. Er was namelijk simpelweg geen andere oplossing die zou gaan werken”, legt Walker uit.
Dat komt doordat de opties in de afgelegen gebieden in Afrika nogal beperkt zijn. Op elektriciteit gaan koken is bijvoorbeeld onmogelijk omdat het stroomnetwerk dit niet aankan. Daarnaast zouden de kosten voor de gebruiker te hoog worden volgens Walker. Deze persoon moet elke kWh namelijk gewoon afrekenen.
Een kookplaat op een accu was ook geen oplossing, ook niet met zonnepanelen, om overduidelijke redenen.
Als het onmogelijk is om de verwarming te elektrificeren, moet je kijken naar het aanpassen van de brandstof. Maar daar hebben de gebruikers de financiële ruimte niet voor. “In de gebieden waar ACE werkt, moet men met 2 euro per dag overleven. Met dat geld moeten ze dagelijks keuzes maken. Als er een oplossing zou komen met andere brandstoffen, dan moeten die toch gekocht worden. Het zou dan kiezen zijn tussen eten koken, of brandstof kopen. Een keuze die je niet kunt maken”, zegt Walker.
Mensen gebruiken doorgaans hout of andere brandbare materialen die ze zelf zoeken. De enige oplossing was dus de verbranding van deze brandstof verbeteren. In dit geval is dat vrij simpel, want hout is het meest gebruikte brandstof. De verbranding heeft drie benodigde componenten: lucht, brandstof en warmte. Twee van de drie staan vast, dus blijft er nog één over die je kunt verbeteren. Meer lucht toevoegen met een ventilator is de enige en makkelijkste oplossing.
De ACE One kan met zijn ventilator voldoende lucht toevoegen en verbetert daarmee de verbranding door de uitstoot van vervuilende deeltjes met zo'n 99 procent te verminderen en brandstof (hout) met 85 procent te verminderen. Daarmee zorgt het apparaat er niet alleen voor dat er meer warmte met minder brandstof gegenereerd wordt, maar zorgt het ook nog eens voor veel minder uitstoot van vervuilende stoffen. Die zouden wel vrijkomen bij een vuile verbranding. CO2 is daar een groot onderdeel van.
De ACE One moest betaalbaar blijven
Bij de ontwikkeling van de ACE One werd vooral uit het oogpunt van de eindgebruiker gedacht. Die heeft doorgaans geen toegang tot extra stroom of financiële middelen. Het moest dus goedkoop en op eigen stroom werken.
De ACE One doet precies dat. De klein accu laadt zichzelf op via een zonnepaneel dat erbij zit. En de ventilator vraagt niet heel veel energie waardoor hij lang kan werken op een volle lading. Ook is het geheel relatief handzaam en draagbaar en kan het fungeren als een oplader voor de mobiele telefoon. Dat scheelt weer in de onkosten voor de eindgebruiker. Maar, op dit moment kost één ACE One ongeveer 100 euro.
Het is logisch dat deze prijs voor veel potentiële kopers een dealbreaker is. Als je op 2 euro per dag moet leven, is er simpelweg geen ruimte om 100 euro uit te geven aan een nieuw apparaat. Daarom regelt ACE microfinanciering, een lening zonder rente, voor de klanten. Na een kleine aanbetaling kan de klant de ACE One gaan gebruiken, waarna hij of zij elke maand een bedrag betaalt dat niet hoger is dan het bedrag dat hij uitspaart door de ACE one te gebruiken. Er zijn geen kosten meer voor paraffine, kaarsen, gas of elektriciteit (bijvoorbeeld voor het opladen van telefoons).
“We werken met een concept dat we de ‘Virtuous Cycle’ (deugdzame of goede cirkel, red.) noemen. We verkopen namelijk offset credits aan bedrijven en daarmee kunnen wij de ACE One en services zoals brandstoflevering betaalbaar maken voor de klant”, vertelt Walker.
Offset credits zijn producten die bedrijven kunnen kopen om hun CO2-uitstoot te compenseren. Het bekendste voorbeeld hiervan is het planten van bomen. Veel bedrijven planten bossen aan om hun uitstoot te laten afvangen door de geplante bomen. Daarmee zijn ze op papier klimaatneutraal.
Het probleem met offset credits
Nu is er een probleem met het kopen van offset credits, want op dit moment is het hele proces nog niet bepaald transparant te noemen. Zeker niet in het geval van het planten van bomen. Zo zijn er bijvoorbeeld vaak geen afspraken over wat er gebeurt als de boom in kwestie omvalt, ziek wordt, of gekapt wordt. Als dat gebeurt komt de afgevangen CO2 weer in de lucht en is er dus in wezen niets gecompenseerd.
"Ons aanbod is gegarandeerd. De CO2-besparing die je met offset credits bij ons koopt komt nooit terug het klimaat in. Het is namelijk al bespaard, en we kunnen dit bewijzen met data die we verzamelen”, stelt Walker. “Elke ACE One verstuurt gebruiksdata naar ons systeem waarin we verrekenen hoeveel CO2 ermee bespaard is.”
Hoe dit in de praktijk werkt? Eens per zoveel tijd maakt de gebruiker van de ACE One via zijn of haar mobiel verbinding met het apparaat en synchroniseert de data, die dan verstuurd wordt naar de servers van ACE. Daar wordt er met behulp van Salesforce- en CRM Analytics-software inzichtelijk gemaakt hoeveel CO2 er bespaard is. Dit wordt gecommuniceerd.
“Er bestaat bij ons dus geen grijs gebied. Alle bespaarde CO2-uitstoot die we communiceren en via offsets verkopen, is al gebeurd en dus onomkeerbaar en permanent”, lacht Walker trots. “En ja, we weten dat de benodigde data hiervoor geld kost voor de gebruiker. Daarom zijn we bezig met lokale providers om het dataverkeer van onze app te whitelisten zodat wij deze kosten dragen, en niet de eindgebruiker.”
Maar er is nog een ander onderdeel van de eerder genoemde ‘Virtuous Cycle, want ACE bouwt alle One’s lokaal. Daarmee helpt het de gebieden waarin het actief is ook financieel beter te worden door mensen een baan aan te bieden.
Een druppel op een gloeiende plaat
Op dit moment werken er wereldwijd zo’n 300 mensen bij ACE, waarvan slechts 14 in het hoofdkantoor in Amsterdam. De rest is verdeeld over Oost-Afrika, Lesotho en Cambodja. En hoewel het bedrijf snel wil groeien, is dit lastig. Het heeft op dit moment ‘slechts’ 75.000 ACE Ones verkocht, wat een druppel op een gloeiende plaat is. “Eigenlijk zou iedereen een ACE One moeten hebben,” zegt Walker. “Iedereen van de 560 miljoen huishoudens die er nu een kunnen gebruiken.”
Maar voor het opschalen is geld nodig. De offset-verkoop helpt daar natuurlijk bij, maar investeerders zijn belangrijker. Helaas zijn die door de aard van het bedrijf lastig te vinden. “Je merkt dat veel investeerders niet het mandaat hebben om zich in deze sector te mengen. De landen waar wij opereren liggen meestal buiten scope, het klantenprofiel heeft een hoog risico. Niet dat er daardoor helemaal geen investeerders meer zijn, want die zijn er wel. Ze zijn alleen wat lastiger te vinden”, legt Walker uit.
De offset-verkoop helpt ook bij het vinden van investeerders. Het geeft een mooie bevestiging voor de business case van ACE. Het bedrijf sloot mede daardoor onlangs succesvol een equity investeringsronde van 3,5 miljoen euro. Hierop volgend wil ACE volgend jaar een grotere Series A-ronde doen.
En een stap naar de Europese consumentenmarkt om wat extra geld binnen te halen? “Nee, dat ligt niet in de plannen. We hebben er wel over nagedacht, maar we willen ons blijven focussen op onze core business en de impact voor de klanten die dit echt nodig hebben”, zegt Walker.