- De hypotheekrente is in 2022 fors gestegen, maar ook spaarrentes zitten sinds enkele maanden in de lift.
- Spaargeld kun je op de spaarrekening laten staan, of gebruiken om extra af te lossen op je hypotheek.
- Business Insider bespreekt vier overwegingen die je helpen om een keuze te maken.
- Lees ook: Bizarre situatie op hypotheekmarkt: variabele hypotheekrente bijna even hoog als 10 jaar vast
Spaarrentes zitten sinds enkele maanden eindelijk een beetje in de lift, na jaren van steeds lagere tarieven. Door de extreem lage spaarrentes was het lange tijd aantrekkelijk om overtollig spaargeld in te zetten voor extra aflossing op een hypotheek. Ook hypotheekrentes zijn jarenlang gedaald, maar die zijn altijd aanzienlijk hoger gebleven dan spaarrentes.
Toen spaarrentes rond de 0 procent lagen en hypotheekrentes voor nieuwe hypotheken rond de twee procent (en voor oudere hypotheken vaak hoger), was de kostenbesparing van extra aflossen op de hypotheek evident.
Maar inmiddels zijn zowel spaarrentes als hypotheekrentes gestegen. Sommige banken hebben de variabele spaarrente zelfs tot 2 procent opgeschroefd. En voor een 1-jarig spaardeposito liggen de hoogste tarieven op 2,75 procent.
Tegelijkertijd is de hypotheekrente afgelopen jaar fors gestegen. Momenteel betaal je voor de rentevaste periode van 10 jaar een hypotheekrente die gemiddeld 4,2 procent bedraagt mét NHG-verzekering; en zonder NHG bedraagt de gemiddelde 10-jaars rente 4,6 procent. De netto rentelasten kunnen wat lager uitvallen, als huiseigenaren gebruik kunnen maken van de hypotheekrenteaftrek.
De vraag is dus hoe aantrekkelijk het is om extra af te lossen op je hypotheek. In de nieuwsbrief van deze week geeft financieel intermediair Van Bruggen Adviesgroep vier punten om in de gaten te houden. Die behandelen we hieronder.
Hoeveel spaargeld heb je?
Het is van belang om een gezonde spaarbuffer aan te houden die je kunt gebruiken voor onverwachte uitgaven of financiële tegenvallers. Voorbeelden hiervan zijn een renovatie van je huis, een nieuwe cv-ketel of een reparatiebeurt voor je auto.
Daarnaast moet je voldoende geld overhouden voor het geval dat je plotseling je inkomen verliest, als je ziek wordt of als zzp'er tijdelijk geen opdrachten meer binnen krijgt.
Ook fiscale overwegingen zijn bepalend voor hoeveel spaargeld je wilt aanhouden. Zo mag iedereen dit jaar 57.000 euro belastingvrij in box 3 sparen. Pas over vermogen dat boven deze drempel uitkomt, betaal je vermogensbelasting. Dit betekent voor fiscale partners dat ze bij elkaar 114.000 euro aan spaargeld mogen aanhouden zonder belasting te hoeven betalen.
Vervolgens moet je kijken hoeveel rente je krijgt op je spaargeld. Heb je het bij een van de grootbanken staan? Die bieden momenteel op vrij opneembare spaarrekeningen een variabele spaarrente van 0,5 procent. Bij kleinere banken die scherper in de markt zitten, liggen de variabele spaarrentes rond de 1,5 procent en op spaardeposito's kun je nog wat meer krijgen.
Bedenk wel dat spaargeld bij banken tot 100.000 euro gedekt onder het Nederlandse depositogarantiestelsel.
Heb je nog andere leningen?
Heb je behalve een hypotheek nog een persoonlijke lening, dan is de kans groot dat je daarop een relatief hoge rente betaalt. De rente op een persoonlijke lening ligt in de meeste gevallen hoger dan die op je hypotheek.
Heb je dus plannen om schulden af te lossen, kijk dan eerst naar de schulden waar je de hoogste rente voor betaalt. Dat hoeft niet de hypotheek te zijn.
Wil je lagere maandlasten of heb je een ander doel?
Als je genoeg spaargeld hebt gereserveerd als financiële buffer en nog 'overtollig' spaargeld hebt, kun je dat eventueel inzetten voor een stukje extra aflossing op de hypotheek. Maar het is wel belangrijk om van te voren te bepalen wat je belangrijk vindt.
Op de korte termijn krijg je dankzij aflossen een lagere hypotheeklast. Ook je toekomstige maandbedragen gaan omlaag. Dat is prettig als je bijvoorbeeld wilt voorsorteren op een lager inkomen op het moment dat je met pensioen gaat.
Tegelijkertijd moet je beseffen dat het afgeloste bedrag vast komt te zitten in stenen. Een lagere hypotheek betekent dat er overwaarde bijkomt in de woning, maar je kunt dat vermogen niet makkelijk aanspreken voor extra uitgaven. Je moet dus goed nadenken of je het geld niet straks nodig hebt.
Hoe is de verhouding tussen de hypotheekrente en de spaarrente
Tot slot moet je naar het financiële sommetje kijken. Daarbij is van belang hoe de hoogte van de spaarrente zich verhoudt tot de hoogte van de hypotheekrente inclusief de hypotheekrenteaftrek. Financieel gezien is er alleen een direct voordeel te halen als de spaarrente lager is dan de hypotheekrente.
Belangrijk is ook dat de meeste geldverstrekkers de mogelijkheid bieden om zo'n 10 procent van de hypotheek per jaar boetevrij af te lossen. Je moet dus goed kijken wat de ruimte is voor boetevrij aflossen.
Verder zijn er een aantal keuzes met betrekking tot de hypotheekvorm. Besluit je bijvoorbeeld om alleen af te lossen op het aflossingsvrije gedeelte van je hypotheek, dan is je besparing alleen de rente. Het is wel zo dat je schuld aan het eind van de rit lager zal zijn.
Bij een annuïtaire, lineaire of bankspaarhypotheek bestaat de maandlast uit een combinatie van rente en aflossing. Een verlaging van de hypotheekschuld via aflossing met spaargeld, betekent ook dat het maandelijkse stukje dat naar aflossing gaat wat lager wordt.
Heb je een bankspaarhypotheek dan kan het voordeliger zijn om extra geld te storten in je spaarverzekering of aan de hypotheek verbonden spaarrekening, in vergelijking met aflossen op je hypotheek.
Het is verder van belang om te weten welke hypotheekrente je op welke lening betaalt. Zo kun je een leningdeel hebben waarvan de rente niet aftrekbaar is omdat de hypotheek in box 3 valt. Het is dan een goed idee om op dit leningdeel af te lossen.
Om een idee te krijgen van de financiële afweging, geeft Van Bruggen het volgende voorbeeld. Stel je hebt 10.000 euro aan spaargeld bij een grootbank staan waar je een spaarrente van 0,5 procent ontvangt. Je betaalt hierover geen vermogensbelasting in box 3.
Je hebt verder een annuïteitenhypotheek met een resterende looptijd van 22 jaar en een vaste hypotheekrente van 3 procent.
Je besluit om het spaargeld te gebruiken om 10.000 euro extra af te lossen op de hypotheek. Dan loop je op jaarbasis 50 euro aan inkomsten uit de spaarrente mis. Het extra aflossen levert je qua rentelasten een netto besparing, dus inclusief de hypotheekrenteaftrek, op van 189 euro op jaarbasis. Dat is dus meer dan het verlies aan rente-inkomsten van 50 euro per jaar. Extra aflossen is hiermee financieel voordelig.
Maar stel dat je het spaargeld hebt weggezet bij een bank die een spaarrente van 2 procent hanteert. Een rente van 2 procent geeft je op een tegoed van 10.000 euro inkomsten van 200 euro op jaarbasis. Dat is meer dan wat je netto op de rentelasten van de hypotheek bespaart door extra af te lossen.
Lees meer over hypotheken:
- Bizarre situatie op hypotheekmarkt: variabele hypotheekrente bijna even hoog als 10 jaar vast
- Hypotheekrente in Nederland valt reuze mee vergeleken bij wat Amerikanen voor de kiezen krijgen: vrees voor rente van 8%
- Is dit een gunstig moment om een huis te kopen? 4 dingen om op te letten