- Adverteerders maken zich zorgen om mogelijke prijsstijgingen voor televisiereclames bij de voorgenomen fusie van Talpa en RTL Nederland.
- Maar de eenwording kan ook gunstig uitpakken voor adverteerders, bijvoorbeeld als het leidt tot het trekken van een groter en diverser publiek.
- Volgens mediahistoricus Huub Wijfjes hoeven we ons bij een fusie geen zorgen te maken over een mogelijke afname van de nieuwsdiversiteit.
Adverteerders kijken met grote zorg naar de voorgenomen fusie van RTL Nederland en Talpa. Als de deal doorgaat, vallen bijna alle commerciële televisiezenders in Nederland onder één concern.
Dat moet niet leiden tot ongeoorloofde prijsstijgingen voor televisiereclames, waarschuwt directeur Henriette van Swinderen van de Bond van Adverteerders.
“We zijn ervan overtuigd dat we hier heel kritisch naar moeten kijken. Het is voor adverteerders en merken belangrijk om voldoende keuze te hebben zodat we alle doelgroepen kunnen bereiken”, reageert Van Swinderen.
Talpa en RTL Nederland waren vorig jaar samen goed voor een marktaandeel van zo'n 40 procent op de Nederlandse televisie. Eenmaal samengevoegd zouden ze daarmee de publieke omroep, goed voor 35 procent marktaandeel, voorbijstreven als marktleider.
"Als je kijkt naar de markt voor televisiezendtijd, ontstaat daar een enorme grootmacht. Dat is waar onze grootste zorg zit, als dat niet leidt tot betere kwaliteit en betere mogelijkheden om een breder publiek te bereiken", zegt Van Swinderen.
Een fusie kan ook gunstig uitpakken
Toch wijst de belangengroep voor adverteerders de fusie niet bij voorbaat af. Want samensmeltingen van mediabedrijven kunnen ook goed uitpakken als ze meer geld steken in kwalitatief hoogstaande programma's.
Als die een groter en diverser publiek trekken, is dat ook aantrekkelijk voor adverteerders. "Maar wat we ook zien, is dat het kan leiden tot minder marktwerking en ongefundeerde prijsstijgingen. Als er geen koppeling is met kwaliteitsverbetering, zou dat onevenredig zijn."
Hoogleraar economisch recht Hans Vedder van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG), gespecialiseerd in mededingingsrecht, verwacht dat RTL en Talpa bij toezichthouders vooral willen aantonen dat hun markt veel groter is dan televisie alleen.
"Voor hen is het spel: hoe ga je de markt afbakenen. Als het alleen de markt voor lineaire televisie is, dan zou je best wel bij de 40 procent kunnen komen en dan worden mededingingsautoriteiten nerveus. Maar zeg je bijvoorbeeld dat het de markt voor audiovisuele content is, dan is dat veel groter dus ben je zelf veel kleiner."
RTL en Talpa moeten dan wel kunnen bewijzen dat ze ook op die andere gebieden onder druk van de concurrentie staan, legt Vedder uit. "Als partijen mededingingsautoriteiten daar niet van kunnen overtuigen, moeten ze rekening houden met bezwaren." Die kunnen ze wegnemen door aan bepaalde voorwaarden te voldoen, zoals het verkopen van bedrijfsonderdelen.
'Divers nieuwsaanbod niet in gevaar'
Journalistenvakbond NVJ waarschuwde eerder dat de identiteit van beide commerciële mediabedrijven behouden moet blijven, en dan met name die van RTL Nieuws.
Mediahistoricus Huub Wijfjes maakt zich niet veel zorgen over een teloorgang van een divers nieuwsaanbod bij de commerciëlen. "Van oudsher was dat een reden tot zorg, maar als je kijkt naar wat er is gebeurd op de markt voor dagbladen, valt dat argument eigenlijk weg."
Wijfjes, verbonden aan de RUG en de Universiteit van Amsterdam, wijst erop dat de Nederlandse krantenmarkt voor circa 90 procent in handen is van de Belgische concerns DPG (onder andere AD, de Volkskrant en Trouw) en Mediahuis (De Telegraaf, NRC). Toch bleef volgens hem het nieuwsaanbod divers genoeg.