Het jaar 2019 was een extreem goed jaar voor aandelenmarkten. Ondanks zorgen over een mondiale recessie, de Brexit en de handelsoorlog tussen de VS en China, presteerden aandelen uitstekend. Opvallend genoeg leverde superbelegger Warren Buffett een relatief zwakke prestatie.
De brede Amerikaanse S&P 500-index haalde afgelopen jaar een plus van 29 procent, en in Amsterdam noteerde de AEX-index een winst van bijna 25 procent in 2019.
Simpel beleggen in een indexfonds dat een vast mandje van aandelen volgt (zoals de S&P-500, de MSCI Wereldindex of de AEX) bleek afgelopen jaar zeer lonend. Buffett heeft zijn reputatie echter gebouwd op een andere tactiek: het selecteren van bedrijven met een duurzaam concurrentievoordeel én een relatief lage waardering op de beurs.
Met zijn methode van waardebeleggen heeft Buffett jarenlang fenomenale rendementen gehaald op de beurs. Het beursjaar 2019 viel wat dit betreft echter flink tegen. Zijn beleggingsvehikel Berkshire Hathaway maakte winst, maar bleef flink achter bij de S&P 500-index.
Buffett blijft fors achter bij beursindex in 2019
In 2019 eindigde het aandeel van Berkshire Hathaway met een plus van 11 procent, terwijl de S&P 500-index een stijging van 29 procent liet zien. Het is de grootste underperformance voor Berkshire Hathaway sinds 2009.
Het is ook het derde jaar op rij dat Buffett geen grote overname heeft gedaan.
Intussen zit Berkshire Hathaway op een berg aan contant vermogen van meer dan 120 miljard dollar, zo bleek uit cijfers over het derde kwartaal van vorig jaar.
Dat Berkshire zo veel liquide middelen (contanten en kortlopende beleggingen in Amerikaans staatspapier) aanhoudt, is een raadsel voor financiële analisten op Wall Street. Die vragen zich af waarom Buffett niet inzet op een grote overname of op zijn minst eigen aandelen inkoopt, zodat de winst van Berkshire over minder aandelen verdeeld hoeft te worden.
"We hebben geen helder idee van de overnamestrategie en de toewijzing van kapitaal bij Berkshire", schreef analist Catherine Seifert van adviesbureau CFRA in een rapport dat in november 2019 verscheen.
In zijn brief van 2018 aan aandeelhouders van Berkshire schreef Buffet dat het veel moeilijker is geworden om aantrekkelijk gewaardeerde grote bedrijven te vinden.
"In de komende jaren hopen we veel van onze overtollige liquiditeit in te zetten om bedrijven te kopen die Berkshire permanent zal bezitten", schreef Buffett. "De directe vooruitzichten zijn echter niet goed. De waarderingen voor bedrijven met een redelijk langetermijnperspectief zijn torenhoog."
Buffet deed voor het laatst een grote overname in 2016, met de de aankoop van de industriële toeleverancier Precision Castparts voor 32 miljard dollar.
Buffett houdt er niet van om te veel te betalen bij overnames. Dat heeft hem er misschien ook van weerhouden om in 2019 een bod te doen op juweliersketen Tiffany & Co.
Het bedrijf benaderde Buffett vorig jaar, nadat het Franse luxeconcern LVMH een bod had gedaan op Tiffany's, zo bevestigde Buffett tegenover The Financial Times. Uiteindelijk kocht LVMH Tiffany's voor ruim 16 miljard dollar.
Afgezien van de terughoudendheid die Buffett toont bij het doen van overnames, vinden sommige beleggers dat hij meer kan doen met het inkopen van eigen aandelen.
In het derde kwartaal van 2019 kocht Buffett bijvoorbeeld voor 700 miljoen dollar aandelen Berkshire Hathaway in. Dat had wel 200 miljoen dollar meer mogen zijn, stelden analisten van zakenbank UBS.
Voorlopig is het wachten op de aandeelhoudersbrief die Buffett in februari zal publiceren bij de presentatie van de jaarcijfers van Berkshire Hathaway. Aandeelhouders hopen dan uiteraard een beter idee te krijgen van de strategische plannen van de meesterbelegger.