De Nederlandse economie herstelt voorzichtig. Maar dat betekent niet dat de overheidsfinanciën op orde zijn. Elke seconde stijgt de staatsschuld met 412 euro.
Dat blijkt uit de nieuwe berekening van de Staatsschuldmeter van Z24 op basis van de deze week gepubliceerde prognoses van het Centraal Planbureau en de Miljoenennota 2015. Zie ook de Staatsschuldmeter rechts in de zijbalk op de homepage van Z24.
Elke minuut groeit de staatsschuld met een kleine 25 duizend euro. In een dag is dat een slordige 35 miljoen euro. Eind dit jaar tikt de staatsschuld naar verwachting het niveau van 454 miljard euro aan. Eind 2015 is dat 467 miljard euro.
Per Nederlander bedraagt de staatsschuld deze week ruim 26.700 euro, en eind 2015 zal dat 27.708 euro zijn.
(Zie voor ‘Berekening Staatsschuldmeter’ box rechts, klik voor uitvergroting)
Staatsschuld blijft stijgen
Hoewel de economie in 2015 eindelijk lijkt te herstellen, geeft de overheid volgend jaar nog altijd een slordige 15 miljard euro meer uit dan er binnenkomt. Dat tekort moet gefinancierd worden met leningen en zorgt voor een hoger niveau van de staatsschuld.
Hoe erg is dat? Op het eerste gezicht valt het wel mee, als je de staatsschuld afzet tegen de omvang van de economie. Het Centraal Planbureau verwacht dat de staatsschuld dit jaar uitkomt op 69,7 procent van het nationaal inkomen. Volgend jaar is dat 70,2 procent. Een beperkte toename dus.
Aan de andere kant is de staatsschuld sinds het uitbreken van de kredietcrisis in 2008 enorm gestegen, mede doordat de overheid moest bijspringen om grote Nederlandse banken te redden. In 2007 drukte de staatsschuld bijvoorbeeld voor 43 procent op het nationaal inkomen, zo'n 27 procentpunt minder dan nu het geval is.
Lage rente is ook risico
En er zit nog een addertje onder het gras: de bedrieglijk lage rente. In de eerste jaren van de eurocrisis liep de Nederlandse staatsschuld fors op, maar de Nederlandse overheid kon goedkoop blijven lenen. Dat kwam mede doordat internationale beleggers de voorkeur gaven aan staatsobligaties van relatief veilige Noordelijk eurolanden.
Inmiddels is er een andere reden voor de lage rente: de groei in de eurozone blijft zwak, wat zich uit een een lage inflatie. Prijzen en lonen stijgen per saldo nauwelijks.
De Europese Centrale Bank wil daar iets aan doen en stelt genereus honderden miljarden beschikbaar om de kredietmachine aan te jagen. Die ruime beschikbaarheid van goedkoop geld betekent ook dat overheden spotgoedkoop kunnen lenen.
Het hoge schuldniveau van Nederland vormt hierbij uiteindelijk wel een risico. Op het moment dat de rente weer stijgt, moet bestaande schuld geherfinancierd worden tegen hogere tarieven. En dat kan flink aantikken.
Onderstaande tabel uit de Miljoenennota 2015 geeft aan dat het kabinet Rutte zich bewust is van dit gevaar. Zo staat er voor dit jaar een bedrag van 8,4 miljard euro aan rentelasten ingetekend. In het jaar 2017 kan dit zomaar 11,3 miljard euro zijn, dus ruim 2,5 miljard euro hoger.
Afgelopen week wees het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in een speciale studie al op de risico's van oplopende rentelasten. Nederland mag met een begrotingstekort dat minder dan drie procent van het nationaal inkomen bedraagt dan weer voldoen aan de Brusselse norm, onderliggend moet er nog een hoop gebeuren om de staatsfinanciën weer gezond te maken.
Lees ook:
Waarom Rutte en Dijsselbloem zich niet rijk mogen rekenen
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl