- Onderzoeksinstituut TNO schetst drie scenario’s voor stijgende energieprijzen in 2025, die energiearmoede voorzien in 550.000 tot 640.000 huishoudens.
- Zonder steunmaatregelen stijgt het aantal huishoudens dat moeite heeft om de energierekening te betalen.
- Langetermijnfactoren zoals hogere netwerkkosten en emissiehandel kunnen energieprijzen verder opdrijven, terwijl verduurzaming het verbruik kan verlagen.
- Lees ook: Energie in maart: gasprijs fors hoger bij zowel variabele als vaste contracten
Schommelende energieprijzen zullen ook in 2025 een belangrijke factor zijn voor huishoudens. Onderzoeksinstituut TNO schetst in een nieuwe studie drie mogelijke scenario’s voor de ontwikkeling van de energieprijzen en de impact daarvan op energiearmoede.
Afhankelijk van de prijsstijging, dreigen honderdduizenden huishoudens moeite te krijgen met het betalen van hun energierekening.
Drie scenario’s voor energieprijzen in 2025
TNO schetst drie prijsscenario’s voor 2025:
- Laag scenario: een beperkte stijging van de energieprijzen met 5% ten opzichte van 2024
- Midden scenario: een stijging van 12%
- Hoog scenario: een sterke stijging van 20%
Volgens TNO-onderzoeker Peter Mulder hebben deze stijgingen directe gevolgen voor huishoudens: “Dit komt neer op circa 550.000 tot 640.000 huishoudens die in energiearmoede belanden.”
Ter vergelijking: in 2023 lag dit aantal dankzij financiële steunmaatregelen op 400.000, maar zonder deze steun zou het toen al 885.000 zijn geweest.
In de grafiek hieronder is te zien wat de drie scenario's betekenen voor de gasprijzen, die sinds begin dit jaar fors zijn gestegen.

In het scenario met de sterkste prijsstijging gaan gemiddelde gasprijzen naar 1,50 euro per kuub. Begin maart lagen variabele gasprijzen gemiddeld op 1,40 euro per kuub en voor vaste contracten lag de gemiddelde prijs op 1,37 euro per kuub.
Effecten hogere prijzen gas en stroom op budget huishoudens
De impact van stijgende energieprijzen verschilt per scenario. Bij een beperkte stijging van 5 procent zal naar schatting 6,6 procent van de huishoudens in energiearmoede raken. In het midden scenario stijgt dit naar 7,1 procent, en bij een forse stijging van 20 procent loopt dit op tot 7,6 procent, wat neerkomt op zo’n 640.000 huishoudens.
TNO wijst erop dat de huidige energieprijzen zich nog aan de ondergrens van deze bandbreedte bevinden, maar dat de markt grillig blijft. Mulder: “Het is mogelijk dat de energieprijs in de loop van 2025 weer daalt omdat de vraag naar energie in de zomer doorgaans afneemt en er ook meer aanbod van LNG op de internationale markt wordt verwacht." Hij voegt daaraan toe dat als landen hun gasvoorraden willen aanvullen, de gasprijs hoog kan blijven.

Wat als er opnieuw steunmaatregelen voor de energierekening komen?
De financiële steunmaatregelen uit 2022 en 2023, zoals de energietoeslag en het prijsplafond, zijn begin 2024 gestopt. TNO heeft ook doorgerekend wat er zou gebeuren als deze maatregelen opnieuw worden ingevoerd. In dat geval zou het aandeel huishoudens in energiearmoede dalen tot 4,1 procent bij een lage energieprijs, 4,3 procent bij een gemiddelde prijs en 4,5 procent bij een hoge prijs.
Dat betekent dat een energietoeslag het percentage energiearme huishoudens met 2,5 tot 3,1 procentpunt zou verlagen, oftewel zo’n 209.000 tot 260.000 huishoudens minder.
Onzekere toekomst energiemarkt
Op de langere termijn voorspelt TNO dat de energiekosten door nieuwe ontwikkelingen verder zullen stijgen. Mulder wijst op factoren zoals een nieuw emissiehandelssysteem (ETS-2) en de kosten voor het uitbreiden en aanpassen van het elektriciteitsnet.
Tegelijkertijd kan verdere verduurzaming van woningen, zoals betere isolatie en warmtepompen, de energierekening voor sommige huishoudens verlagen.
De komende maanden zullen uitwijzen welke richting de energieprijzen inslaan en in hoeverre huishoudens in Nederland daar financieel door geraakt worden.