- Als de economische gevolgen van het coronavirus groter worden, komt er ook meer monetaire en fiscale steun van overheden.
- Op financiële markten wordt de corona-uitbraak vooral benaderd vanuit de vraagkant van de economie: olieprijzen en rentes dalen.
- Wanneer de Wereldgezondheidsorganisatie gaat spreken van een pandemie, kan er tijdelijk paniek uitbreken.
- De Europese economie is relatief gevoelig voor de corona-uitbraak, vanwege de handel met China.
ANALYSE – Lange tijd waren financiële markten immuun voor de uitbraak van het coronavirus. Maar maandag was het plotseling flink mis op Europese aandelenmarkten, met koersdalingen van aandelenindices van meer dan 3 procent.
In China daalt het aantal nieuwe gevallen sinds begin februari, maar het probleem is nu de groei van het aantal gevallen buiten China. In Europa begint Noord-Italié serieus last te krijgen van de verspreiding van het coronuavirus.
Hieronder bespreek ik tien gevolgen van het coronavirus die relevant zijn voor beleggers:
1. Niet het coronavirus, maar de maatregelen om het virus te beteugelen, vormen de grote boosdoener voor de economie
Het basisscenario voor de wereldeconomie is nog altijd een V-vormig herstel: dus een beperkte groeivertraging, gevolgd door groeiherstel.
De impact van het coronavirus is wel groter dan de uitbraak van de Sars-epidemie in 2003. De effecten zijn nu vergelijkbaar met de driedubbele Tohoku-ramp die Japan in 2011 trof: een aardbeving, tsunami en de nucleaire meltdown in Fukushima.
Ondanks de nucleaire besmetting, de vernietiging van infrastructuur en de grote gevolgen voor verschillende productieketens, volgde ook in Japan een V-vormig herstel, waarbij een groot deel van het verlies snel werd goedgemaakt.
2. Hoe groter de impact op de wereldeconomie, des te sterker de monetaire en fiscale steun van overheden
Volgens het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is de impact van het coronavirus op de mondiale groei nu 0,1 procent. Hoe groter de negatieve economische gevolgen van de corona-uitbraak, des te meer er monetair en fiscaal zal worden gecompenseerd. Dat komt bovenop het reeds gevoerde ruime beleid.
Voor het eerst in de geschiedenis is er tegelijkertijd sprake van kwantitatieve verruiming in de Verenigde Staten, de eurozone, Japan en China. Daar bovenop staat ook fiscaal de geldkraan wijd open.
3. China verbruikt minder energie door de maatregelen om het coronavirus in te dammen
In China draaien kolencentrales op het laagste niveau van de afgelopen vier jaar. De stikstofvervuiling in China is met 36 procent gedaald, het aantal binnenlandse vluchten zelfs met 70 procent.
De CO2-uitstoot van China is plotseling met 25 procent afgenomen. Gevolg is een forse daling van de olieprijs. Daar profiteert de westerse consument van in de vorm van lagere brandstofprijzen.
Verder drukt het virus de rente, waardoor in de VS de 30-jaars hypotheekrente is gedaald tot het laagste niveau sinds de zomer van 2016. Dat is goed voor de Amerikaanse huizenmarkt.
4. Met de nieuwe gevallen buiten China, begint de corona-uitbraak op een pandemie te lijken
Vooral in landen met een gebrekkige medische infrastructuur kan het virus zich sneller verspreiden. Op het moment dat de Worldgezondheidsorganisatie (WHO) de verklaring zou afgeven dat er sprake is van een pandemie, kan dat zorgen voor paniek.
Bij Sars viel het dieptepunt van de beurzen op de dag dat de WHO verklaarde dat er sprake was van een pandemie. Ook toen was het aantal nieuwe gevallen al een maand op zijn retour.
5. Mocht het komen tot een pandemie dan zal dit vooral 50-plussers raken.
In tegenstelling tot veel andere virusziekten verloopt de ziekte bij kinderen relatief mild. Er is nog geen slachtoffer van het coronavirus beneden de tien jaar.
Demografisch is er dus sprake van een liggende L-curve. Ofwel: het coronavirus treft vooral 50-plussers. De gewone griep heeft een U-curve, ofwel vooral jongeren én ouderen hebben er last van.
Hoewel er op het gebied van behandeling veel is verbeterd, geeft dit onderzoek naar de economische effecten van de Spaanse griep (1918-1920) in Zweden enig inzicht. Let wel: ook in Zweden volgde daarna de ‘roaring twenties’.
6. Het virus zal een rem zetten op globalisering
De trend van deglobalisering, ofwel een minder sterke integratie van mondiale handels- en productieketens, is al enige tijd zichtbaar. Door handelsoorlogen tussen de VS en andere economische blokken rond importtarieven is dit versterkt. Het coronavirus doet hier nog een schepje bovenop.
Overigens zijn bedrijven na de ramp met de kerncentrale in Fukushima in 2011 niet massaal overgestapt op andere leveranciers. Wel zijn er maatregelen genomen om de ‘just-in-time’-productieketens beter te beschermen tegen dergelijke incidenten.
7. Financiële markten zien vraaguitval door coronavirus: prijzen dalen
Hoewel het virus zorgt voor problemen aan de aanbodkant van de economie, zien financiële markten dit niet als een stagflatie-probleem (ofwel de combinatie van tragere economische groei en stijgende prijzen door krapte in het aanbod).
Lagere rentes, lagere olieprijzen wijzen eerder op deflatie. Zodra fabrieken weer opengaan, zullen prijzen herstellen. Als ze langere tijd dicht blijven, dan volgen er krediet- en banenverliezen. Niet bepaald inflatoir.
8. Aziatisch toerisme wordt direct geraakt
Een cruise in de Pacific staat niet langer op de bucket list. Ook in de casino’s van Macau is het rustig, en de Disney-parken in Hongkong en Shanghai zijn dicht.
Veel cosmeticawinkels en verkopers van luxe goederen moeten het hebben van reizigers, dus die sector heeft zeker last van een toerismedip.
Verder kwamen techbedrijven met waarschuwingen dat ze de eerder afgegeven prognoses niet zullen halen. Apple was wat dat betreft snel, meestal komen dergelijke winstwaarschuwingen in de laatste weken van het kwartaal, in dit geval vanaf half maart.
Er zijn ook bedrijven die profiteren, zoals Chinese webwinkels. Consumenten mijden fysieke winkels en bestellen online (Alibaba), gamen online (Tencent), brengen meer tijd door op het internet (Baidu) en bestellen hun eten online (Meituan dianping). De Chinese beurs is relatief goed blijven liggen afgelopen week.
9. De open Europese economie is relatief gevoelig voor de effecten van het coronavirus
De Europese economie is relatief sterk gericht op internationale handel. Dat maakt Europa gevoeliger voor de gevolgen van het coronavirus in China dan de relatief gesloten Amerikaanse economie.
Macro-economische verwachtingen worden in Europa naar beneden bijgesteld, waar ze in de VS eerder aan de bovenkant verrassen. Bovendien bevindt de economische groei in Europa zich meestal dicht bij het nulpunt, zodat een recessie (in technische zin) dan maar een kleine stap is.
10. Herfinanciering van schulden van Chinese bedrijven kan probleem worden
Chinese bedrijven hebben relatief veel schulden. Dat kan een probleem worden wanneer leningen moeten worden geherfinancierd. Dan is het niet langer een probleem van de solvabiliteit, maar van de liquiditeit.
Vanaf maart dit jaar moet er in China veel schuld worden geherfinancierd. De overheid heeft maatregelen genomen. Die bevoordelen aan de staat gelieerde bedrijven, maar zijn (nog) onvoldoende voor private bedrijven in China.
Han Dieperink is onafhankelijk beleggingsstrateeg. Hij was jarenlang Chief Investment Officer Particulieren & Private Banking van de Rabobank. Deze column is niet bedoeld als individueel advies tot het doen van beleggingen.
Lees meer over het coronavirus:
- 7 economische effecten van het coronavirus die de hele wereld raken: productie smartphones hapert, tekort aan mondkapjes en benzine goedkoper
- Twee wetenschappers ontkrachten 13 mythes over het coronavirus
- China benut crisis rond coronavirus om burgers nóg beter te volgen: iedereen krijgt QR-code via Alibaba met statuskleur